De aanslag is geschreven door Harry Mulisch. Het gaat over Anton
Steenwijk, wiens ouders en broer zijn vermoord door de Duitsers in de 2e
wereldoorlog.
Het begint in de Hongerwinter van 1945, in Haarlem, wanneer
er in zijn straat een NSB’er wordt vermoord. Het lijk wordt door zijn buren
voor zijn huis gesleept. Peter, de broer van Anton, probeert hem weg te slepen.
Helaas komen de Duitsers te vroeg. Hij vlucht, maar wordt toch dood geschoten.
De ouders van Anton worden gefusilleerd, maar Anton blijft leven. In het boek
lees je over zijn leen, vooral na de oorlog. Hierin ontmoet hij alle
betrokkenen. Hij ontmoet de zoon van de vermoorde NSB’er, de verzetsstrijder
die de NSB’er heeft vermoord, en de bewoners van de straat. Ook ontmoet hij een
van de buren die het lijk heeft versleept. (voor een uitgebreidere
samenvatting: Klik hier)
Deze ontmoetingen roepen een hele hoop emotionele spanning
op. Deze spanning ontstaat op 2 verschillende manieren. Ten eerste is er de
spanning tussen Anton en zijn partner in het discours. Bij het gesprek tussen
Anton en de zoon van de NSB’er gaat dit over wie nou eigenlijk de slachtoffers
waren: “ ‘Godverdomme…’ zei hei; maar het
was niet duidelijk of dat betrekking had op wat Anton had gezegd of op het feit
dat hij snikte. ‘Toen jouw huis in de fik ging, kregen wij het bericht dat onze
vader dood was. Heb jij daar wel een aan gedacht? Ik wel aan wat jou is
overkomen, maar jij ook aan mij? “. Dit soort zinnen brengen zeer veel
emotionele spanning op, en hier uit blijkt wel wat een geweldige schrijver Harry Mulisch toch wel is. Ten 2e
is er de gedachtewereld van Anton, die behalve erg ingewikkeld, ook erg interessant
is.
Behalve emotionele spanning is er ook kritische spanning. Deze
spanning geld vooral voor 1 vraag. Gedurende het hele boek blijf je je namelijk
afvragen: ‘wie is nu de dader, en wie is het slachtoffer’. Deze vraag speelt door het hele boek, en
wordt eigenlijk niet beantwoord. Dit is waarschijnlijk omdat er ook niet echt
een antwoord is op deze vraag.
Voor situationele spanning moet je langer zoeken. In de
eerste episode is het er, maar verder is het er eigenlijk niet meer. In de
volgende scene uit episode 1 is de situationele spanning echter wel erg
duidelijk: “ ‘Halt! Staan blijven! Handen
omhoog!’ Hard fietsend naderden drie mannen, zij gooiden hun fietsen op straat
en holden verder. Peter liet de benen vallen, rukte het pistool uit de hand van
Ploeg, rende zonder te hinken naar het hek van Korteweg en verdween achter hun
huis. De mannen schreeuwden tegen elkaar. Eén van hen, in een winterjas en met
een pet op, loste een schot en ging achter Peter aan. “
Mijn vonnis:
Dit boek is erg goed geschreven, en ik heb hem in een dag
uitgelezen. Het was dus zeker een pageturner. Hoewel het geen bijzonder lang
boek is, heeft het zeker veel indruk gemaakt. Ik vond het erg bijzonder dat
Harry Mulisch 1 incident van uit zoveel oogpunten heeft bekeken, zonder dat het
een hoop losse verhalen achter elkaar was. Er was zeer veel emotionele
spanning, en ook redelijk wat kritische spanning. De situationele spanning was
niet echt veel te vinden in dit boek. Dit was echter geen enkel probleem, want
ik miste het geen moment. Voornamelijk doordat het ruimschoots werd
gecompenseerd door de overige soorten spanning. Ter conclusie: Dit is een erg
goed boek, en zeker het lezen waard. (voor een ander vonnis: Klik hier)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten